Categorie: Geen categorie

Terugblik HortiContact 2018

Vorige week (20 t/m 22 februari) kon je ons bezoeken op onze stand tijdens de HortiContact in Gorinchem. Een druk bezochte beurs waar wij hebben gesproken met veel interessante mensen. Bestaande relaties, concurrenten, toeleveranciers, specialisten, onderzoekers. Iedereen liep er rond. Wij hebben vooral veel geluisterd en vragen gesteld zodat wij een beter beeld van de markt krijgen en kunnen inspelen op de vragen en problemen die de kwekers hebben. Zonder uitzondering waren mensen enthousiast over onze deelname en zijn wij als redelijk nieuwe leverancier van biologische bestrijdingsmiddelen goed onthaald.

We hadden koffie meegebracht voor onze bezoekers maar de catering was dermate goed verzorgd dat we ons eigen koffiezetapparaat geen enkele keer nodig hebben gehad. Chapeau naar de organisatie! Ook hadden we een raadactie waarbij je het juiste aantal roofmijten in de zak moest raden. Er waren veel deelnemers aan de actie en de winnaar van de microscoop (t.w.v. € 500,-) zal volgende week op de hoogte worden gesteld. Zodra de winnaar bekend is zullen wij dit uiteraard met jullie delen!

Naar aanleiding van de HortiContact is er ook een artikel in de Bloemisterij verschenen waarin Tryptomera wordt genoemd. Bedankt voor de vermelding!

HortiContact 2018

De tuinbouwsector is Nederlands trots. We zijn wereldleider op het gebied van handel, kennis en productie. We hebben internationale focus en lopen voor met onze moderne hightech bedrijven. Bedrijven die steeds groter worden, complexer en innovatiever. Horti is de mooiste branche om in en voor te werken, daar zijn we het allemaal over eens.


Vanaf komende dinsdag vindt de 15e editie plaats van HortiContact. Gaat u ook heen? Kom ons dan bezoeken op stand 407. De koffie staat klaar!

Om onze eerste deelname aan deze beurs te vieren geven wij gratis een microscoop weg ter waarde van € 500,-. Wat u daarvoor moet doen? Op onze stand hebben wij een zak roofmijten liggen. Deze kunt u inspecteren met een microscoop, het blote oog of een loep. Raad het aantal roofmijten in de zak en wie het dichtstbij het aantal roofmijten zit krijgt de microscoop thuisgestuurd. Handig voor het inspecteren van grondmonsters. Wij zien u graag tegemoet!

Download de plattegrond van de volledige beurs.

Meer informatie over HortiContact via de officiële website.

Roofmijten versturen tijdens de winter

Het komt in Nederland regelmatig voor dat we wakker worden met nieuwsberichten over code geel, oranje en rood. Wij kunnen ons daar prima op kleden en zelfs genieten van de winterperiode. Onze roofmijt is echter geen liefhebber van de kou. Onze roofmijt gaat bij temperaturen onder de 10 graden over in ruststand en kan zelfs dood gaan zodra het vriest. Wij doen er alles aan om de roofmijten zo kort mogelijk op de weg te hebben zodat u bij ontvangst verzekerd bent van actieve en levendige beesten. Het kan helaas soms voor komen dat de pakketbezorgers last hebben van de sneeuw en dat het daardoor langer duurt dan normaal. Hierbij worden de roofmijten soms blootgesteld aan lage temperaturen, waardoor het bij ontvangst van de levering lijkt alsof zij dood zijn. Het kan enkele uren duren voordat de roofmijten weer actief worden.

Doordat onze roofmijten worden geleverd in een doorzichtige zak kunt u de mijten na ontvangst zelf inspecteren. Wij vragen u dan ook om dit te doen en bij twijfel contact met ons op te nemen. Wij garanderen namelijk altijd levendige roofmijten. Is dit niet het geval dan lossen wij dit voor u op.

 

Bloedluizen in de winter

bloedluis in de winter
Foto: wikipedia

Bloedluizen (officieel bloedmijten) zorgen in het voorjaar en in de zomer voor veel overlast. Eigenaren van kippen, vogels en reptielen zijn ongetwijfeld bekend met deze parasiet en worden vaak tot waanzin gedreven door deze ongewenste gast. De bloedluis kan van de 1 op de andere dag een enorme plaag vormen. Het lijkt dan ook vaak alsof ze uit het niets tevoorschijn komen. Als je bedenkt dat een bloedluis vrouwtje in haar ca. 1-2 maanden durende leven wel tot 2500 eitjes kan leggen dan is dit echter niet heel vreemd. Zoals gezegd zijn de bloedluizen vooral in de lente en zomer waarneembaar, dit komt omdat de bloedluis van warme temperaturen houdt en bij lagere temperaturen zich schuil houdt in kieren en gaten. Voor het oog niet te zien maar ze zijn er zeker!

Overleven bloedluizen in de winter?

De ideale temperatuur voor de ontwikkeling van de bloedluis is 27 graden en ze houden van een vochtige omgeving. De bloedluis wordt echter al actief bij een temperatuur van  10 graden. Wanneer de temperatuur onder de 3 graden of boven de 40 graden komt zullen de levende bloedluizen sterven of ze schakelen over naar een soort van winterslaap. Bloedluizen die overgaan in ruststand kunnen maandenlang zonder voedsel overleven. Wat betreft de eieren, deze blijven rustig op hun plek liggen en komen alsnog uit zodra de omstandigheden weer goed zijn. In sommige gevallen kunnen eieren tot wel 2 jaar na leg datum alsnog succesvol uitkomen. In de winter lijkt het vaak alsof ze er dan niet meer zijn maar helaas, schijn bedriegt. Ze zijn dus nog zeker aanwezig maar niet actief. Zodra de temperatuur omhoog gaat komen ze weer massaal tevoorschijn en gaan ze verder waar ze gebleven waren. Eigenlijk ben je zonder het treffen van juiste maatregelen nooit helemaal bloedluis vrij.

Hoe kan ik bloedluis bestrijden?

Dat is een goede vraag en een moeilijke klus. Ideaal is om het hok in het voorjaar bloedluisvrij te krijgen zodat je in de lente kan beginnen met een schone lei. Het is daarbij belangrijk om vroegtijdig, preventief roofmijten in te zetten die de aanwezige eitjes en larven aanpakt. Roofmijten werken heel goed tegen bloedluizen  zolang de populatie bloedluizen niet dermate groot. Als er sprake is van een enorme plaag bloedluizen dan zal het voor de roofmijten een erg moeilijke klus worden om dit tegen te gaan. De bloedluizen planten zich dermate snel voort dat de roofmijten eigenlijk altijd achter de feiten aan lopen. Het aantal roofmijten moet dus voldoende zijn (in verhouding) en ze moeten vroegtijdig ingezet worden. Nadeel van de roofmijten is dat zij, net zoals de bloedluis, niet van koude temperaturen houden. Ook de roofmijt is pas actief van ca. 12 graden. Ons advies is dan ook om de roofmijten in het voorjaar in grote getale uit te zetten zodra de temperatuur rond de 12-15 graden is. Dan ben je er vroegtijdig bij en kan je een rem op de groei van de bloedluizen zetten. Is er reeds een infectie van bloedluizen dan moet u zo snel mogelijk de roofmijten uitzetten om verdere groei van de infectie te beperken. Een volledige uitroeiing van een bloedluizen plaag is erg moeilijk maar de roofmijt is als natuurlijke vijand een erg goed middel om de schade te beperken.

In onze webshop kunt u onze Stratiolaelaps scimitus roofmijten bestellen, de natuurlijke vijand van de bloedluis.

De warme kas is in de winter ideaal voor muggen en vliegen

Met de dalende temperaturen in de winter zijn muggen en vliegen op zoek naar een ideale plek om zich voort te planten. Helaas voldoet de omgeving van warme kasplanten exact hieraan: een vochtige omgeving met warme temperaturen en schaduwrijke plaatsen. Daarbij komt dat het substraat van de planten in de winter minder snel uitdroogt waardoor er sprake is van een hogere algenvorming. Deze algen vormen ook weer een voedingsbasis voor muggen en vliegen waardoor de warme kas een perfecte omgeving is voor de ontwikkeling. Over welke vliegen en muggen hebben we het dan? Hierbij moet je vooral denken aan varenrouwmug (oftewel Sciara van de familie Sciaridae) en de oevervlieg (Scatella stagnalis). Deze muggen en vliegen kunnen op verschillende manieren voor schade en bevuiling van de gewassen zorgen. Iets wat u wilt voorkomen in uw teelt.

Hieronder een kort overzicht van de kenmerken van beide insecten.

Omschrijving van de varenrouwmug (Sciara)

De varenrouwmuggen behoren tot de familie Sciaridae. Het zijn kleine (3-5 mm) donkere mugjes met lange, slanke antennen en lange poten. Het zijn vooral de larven van de varenrouwmug die de grootste schade veroorzaken. Na paring leggen vrouwtjes 50-200 eieren, die binnen de 2-3 dagen uitkomen. De larven maken gedurende een periode van 2-3 weken vier stadia door. Na die tijd zijn ze ongeveer 5 mm lang, doorschijnend wit en hebben ze een opvallend zwarte kop. De larven verpoppen in het substraat en verschijnen drie dagen later als volwassen mug. Bij temperaturen van meer dan 24°C planten ze zich voortdurend voort en bedraagt de levenscyclus 3-4 weken.

Schade van de varenrouwmug (Sciara)

De larven van de varenrouwmug voeden zich niet enkel met dood, organisch materiaal zoals algen en schimmels, maar ook met levend materiaal zoals wortel- en stengelweefsel. Ze boren zich in de wortel en/of stengel van stekken, zaailingen of jonge planten. Door de vraatschade ontstaan bijkomende ingangen voor secundaire plantenziekten zoals Pithium, Phytophtora, Botrytis, Fusarium en Verticillium. De algemene symptomen van een aantasting zijn verwelking of groeivertraging met in het slechtste geval het afsterven van de planten als gevolg.

De volgende teelten lijden vaak erg onder de aanwezigheid van varenrouwmug:

  • Zaailingen, stekken en jonge planten, vooral onder verwarmd glas en onder nevel
  • Bepaalde potplanten, b.v. varens, Poinsettia, Azalea, Cyclamen, Kalanchoe, Exacum, Gerbera, Begonia etc.
  • Gedurende lange tijd in steenwol geteelde planten

Bestrijding van de varenrouwmug (Sciara)

Een preventieve aanpak van Sciara is noodzakelijk. Dit kan uitgevoerd worden door een doorlopende bestrijding van de larven in de potgrond. Dit betekend dat de bestrijding vanaf het teeltbegin al ingezet moet worden. Door het vroegtijdig inzetten van de Hypoaspis roofmijt worden de larven aangepakt en hebben de Sciara geen kans om zich goed te ontwikkelen. Belangrijk hierbij is dat de potten, trays of stekbakjes elkaar moeten raken zodat de Hypoaspis roofmijten kunnen overlopen. Na toepassing zoeken de roofmijten larven van Sciara op. Deze prooien worden opgegeten. De roofmijten vermenigvuldigen zich continu: ze leggen eitjes in de bovenste grondlaag, en deze ontwikkelen zich op 15 dagen opnieuw tot volwassen roofmijten (bij 20°C). Beneden 15° C worden ze minder actief. De werkingsduur bedraagt meerdere maanden. Om de werking van de roofmijten te optimaliseren is het volgende essentieel:

  • Vroegtijdige (preventieve) inzet
  • Voldoende inzetten
  • Hoge dichtheden bereiken en de populatie in stand houden (juiste substraat en voldoende voedsel aanwezig)
  • Geschikte temperatuur en luchtvochtigheid

Voor het bestrijden van de rondvliegende muggen is er geen biologische bestrijding. Dit kan opgelost worden door bijvoorbeeld een massale inzet van vangplaten.

Omschrijving van de oevervlieg (Scatella stagnalis)

De oevervlieg Scatella stagnalis is een plaaginsect die veel voorkomt in Europa en dan vooral in broeikassen. De oevervlieg is een klein vliegje die zich ophoudt in de buurt van water. Het is klein dik vliegje van 4-5 mm met een zwarte kleur. De poten en antennen zijn kort en ze hebben heldere vleugels die grijsbruin gevlekt zijn.

Schade van de oevervlieg

De oevervlieg vreet niet aan de wortels maar kan wel zorgen voor bevuiling van de planten. Deze bevuiling uit zich door zwarte stipjes op plantkopjes, bij een sterke bevuiling kan dit leiden tot groeiremming (immers, er is sprake van minder fotosynthese).

 

 

Hoe zit het met het gewicht van de zak?

Het gewicht van de zak komt niet overeen met het gewicht dat op het etiket staat. Hoe kan dat?

Onze roofmijten worden geleverd in een luchtdoorlatende zak met daarop een etiket met hoeveel roofmijten per gram in een zak zitten. Bij het klaarmaken van de zakken tellen wij het aantal roofmijten per gram en wegen wij de zakken precies af. Deze informatie schrijven wij op het etiket dat op de zak zit, zodat u weet hoeveel roofmijten u uitzet. Aangezien vocht erg belangrijk is voor de roofmijt, is het materiaal in de zak vochtig. Het vocht in het materiaal verdampt echter en hierdoor zal ook het gewicht van de zak langzaam afnemen, het kan dus zo zijn dat het gewicht van de zak na verloop van tijd niet meer overeen komt met het gewicht dat op de zak is geschreven. Vooral bij warmere temperaturen zal het vocht snel verdampen en het gewicht afnemen. Heeft de afname van de luchtvochtigheid invloed op de roofmijten? In de eerste dagen niet. De roofmijten hebben voldoende voedsel en vocht om de eerste dagen te overleven. Het aantal roofmijten in de zak zit blijft hetzelfde of vermeerdert zelfs aangezien roofmijten zichzelf voortplanten. Duurt het langer dan een aantal dagen dan zal de vochtigheid te laag worden en het voedsel opraken. In dat geval zal het voor de roofmijten moeilijker worden om te overleven. Ons advies is dan ook om de roofmijten na ontvangst zo snel mogelijk uit te zetten, zodat de activiteit en effectiviteit van de roofmijten zo hoog mogelijk is.

Meer vragen? Neem dan contact met ons op!

Bloedluis of bloedmijt?

Nu er zoveel te doen is rondom de besmette eieren door Fipronil en de veroorzaker van al het kwaad, de bloedluis, staat de roofmijt steeds meer in de spotlight. De roofmijt is familie van de bloedluis, welke ten onrechte luis wordt genoemd aangezien deze bloedluis een bloedmijt is. Om preciezer te zijn een rode vogelmijt met als officiële naam de Dermanyssus gallinae. Een hardnekkig beestje dat zich kan verstoppen in alle hoeken en kieren van onder andere kippenhokken.

Als we kijken naar onze oosterburen in Duitsland dan maken daar meerdere pluimveehouders geen gebruik van gif (of andere chemische middelen) maar zetten ze onze bodemroofmijt in. Deze bodemroofmijt is een natuurlijke vijand van de bloedmijt en is een 100% biologische manier van bestrijden. Hoe het bestrijden van bloedluis met roofmijten gaat? Erg simpel, uitstrooien van de roofmijten in de verblijven van de kippen en de roofmijten zoeken vervolgens zelf naar de bloedmijten. Onze roofmijt is van het soort Stratiolaelaps scimitus (ook bekend als Hypoaspis miles) en wordt behalve in de tuinbouw steeds meer ingezet in de pluimveehouderij. Een perfecte oplossing voor bloed “luis” vrije kippen en veilige eieren. Dit werd ook bevestigd door Hennie de Haan, voorzitter van de Nederlandse Vakbond voor Pluimveehouders, tijdens haar optreden bij Eva Jinek. Volgens De Haan worden er voornamelijk onschuldige maatregelen genomen tegen bloedluis, zoals het gebruik van natuurlijke vijanden, waaronder de roofmijt. “Een soort pacman-aanpak. De roofmijten eten de luizen op.”

In de Trouw stond onlangs een mooi stukje over deze veelbesproken mijt: